Het weer is weer aardig opgeknapt en lijkt weer een prachtiger dag in het verschiet te hebben. Met een simpel ontbijt, wat deels toegespitst is op de oudere medemens die voornamelijk het hotel behuisd: afgemaakt met een bakje appelmoes. Ook de croissant lijkt een zachtere variant, dat zal vast niet zonder reden zijn geweest?
De fietsen staan al te wachten, tijd om op te laden en snel een tankstation op te zoeken om deze van nieuwe purrie te voorzien. De Tomtom weet er twee in het dorp van Lamalou-des-Bains te vinden. Die weg weer terug zien te vinden in de praktijk met de doorsteekjes en de verkapte wegen die niet in eerste opslag er zo uitzien valt niet mee. Eerste poging is dicht, de tweede een rondje vrijelijk rondstieren in het dorp is raak: volgooien die handel!
Daar wordt ook gelijk de route verder uitgestippeld: laten we nog een tikje sturen via de D908 richting Saint-pons-de-Thomière om daarna af te zakken via de D612. In Saint-Chinian doen we nog een paar voortreffelijke bakjes koffie na een paar voortreffelijk stukken asfalt en bochten! Het zonnetje brand al lekker en het besef dat we op de terugtocht zijn begint ook langzaam in te dalen. Bij Puisserguir slaan we de D16 op en worden op mooie vergezichten en vele wijnvelden getrakteerd. Ook staan er bij de dorpen gigantische Plantanen bij de in en/of uitgaande wegen, die de rijke historie van dit gebied laten zien. Op afstand staan grote landhuizen, ver vanaf de doorgaande weg met velden omringd. Nabij Cuxac-D'Aude hebben ze de plantanen anders aangepakt. Als een soort knotwilg is de hoofdstam laag gehouden, maar schieten er vele uitlopers meters de lucht in om langs het kanaal alsnog een indrukwekkend gezicht te bieden langs de D413. Als we de D13 volgen naar Narbonnen voor de laatste kilometers gaat het alsnog bijna mis als een tweetal auto's op een kruising naast elkaar staan te wachten om onze weg te kruissen als we allemaal voorbij zijn. Daar hoop je op, maar dit keer was mevrouw in de achterste auto, die rechtsaf wilde om met ons mee te rijden, de tel na twee kwijt. Of het geduld. Maar na de tweede man ging het gas er op om op een haar na de derde man te missen… En die moest echt op het gas om deze blinde molloot te missen…
Als we dan een paar minuten laten in Narbonne naast de weg van de ingang naar de Autozug stoppen moet Egbert even stoom afblazen. En zijn engeltjes tellen om te zien of er daar geen van gesneuveld is. Pfew!
We zijn ruim op tijd aangekomen en kunnen nog even lunchen en een paar boodschappen voor in de trein doen. Het aangepaste verkeersplan is nog niet in de tomtom verwerkt en na een paar omzwervingen kunnen we voor een terras parkeren: lunch!
Om daarna een supermarche te vinden is wat lastiger, maar op de locatie 'dichtbij' zetten we de fietsen op de stoep en gaan, geheel tegen de principes in, te voet op zoek naar de supermarkt. Broodje stok, hammetje en kaasje, wat water en wat te drinken, alsook een knabbel rijker moeten we daarna die nieuwe lading zoek zien te maken op motorfietsen. Gelukkig is het één en ander uitbreidbaar en kunnen we echt richting de trein, goed voorbereid en al!
Daar begint het wachten, en wachten. Doorrijden en melden, wachten om de trein op en wachten op het busvervoer naar het station. Met nog wat wachten om de coupé in te kunnen is de wachttijd voorbij. De motorpakken worden voor fris goed verwisseld, een biertje opengetrokken, foto's en herinneringen uitgewisseld en ja… worden we langzaam en schokkend (door de trein) gewezen op een einde van een mooie en geslaagde vakantie! In een heel bijzondere samenstelling en uitvoering dit jaar? Tsja…